Voorrang van rechts: nieuwe tekst art 12.3.1
“Elke bestuurder moet voorrang verlenen aan de bestuurder die van rechts komt, behalve indien hij op een rotonde rijdt of indien de bestuurder die van rechts komt uit een verboden rijrichting komt.
De bestuurder moet evenwel voorrang verlenen aan iedere bestuurder die rijdt op de openbare weg of de rijbaan die hij oprijdt:
a) wanneer hij uit een openbare weg of een rijbaan met een verkeersbord B1 (omgekeerde driehoek) of met een verkeersbord B5 (stop) komt.
b) wanneer hij uit een aardeweg of een pad op een openbare weg met een rijbaan komt.”
De regel die bepaalde dat wie stopte zijn voorrang kwijtspeelde (regel die ons onderscheidde van de andere Europese landen), werd afgeschaft. Wie van rechts komt heeft nu een quasi absolute voorrang. Wel dient men – ook als men van rechts komt – voorrang te verlenen aan de fietsers en bromfietsers op het fietspad en de voetgangers op het voetpad dat men overschrijdt. Men dient dus te stoppen voor de fietsers, bromfietsers en voetgangers, maar blijft voorrang hebben op de andere bestuurders die van links komen.
Ook art 12.4 werd aangepast: “zijn voertuig opnieuw in beweging brengen” is niet langer een manoeuvre op basis waarvan er voorrang aan de andere weggebruikers dient verleend te worden. Dit zal ook impact hebben op de interpretatie van andere verkeerssituaties.
De verplichting om “op regelmatige wijze” van rechts te komen werd eveneens geschrapt, omdat het begrip te vaag was en tot rechtsonzekerheid leidde. Er wordt nu expliciet bepaald dat de bestuurder die uit een verboden richting komt, niet van de voorrang van rechts geniet.
